Haar goede hand

Productinformatie "Haar goede hand"
Melanie Krijger, ver in de tachtig en wat vergeetachtig, kreeg in Nederlands-Indië als peuter polio, waarna ze haar ‘goede’, rechterhand niet meer zo goed kon gebruiken. Maar, zoals haar kinderen later merkten, wist ze hen met haar ‘losse’ linkerhand ook tot de orde te roepen, al was dat vaak onredelijk. In 1950 repatrieerden ze naar Nederland. Vanuit de optiek van haar dochter, met wie ze mede door haar temperamentvolle karakter in een soort haat-liefdeverhouding leeft, wordt in de vorm van flashbacks hun leven beschreven. Van de hand van schrijfster (en o.a. schilderes en filmmaker) Marion Bloem (1952) verschenen zo’n dertigtal titels. Ze brak in 1983 door met ‘Geen gewoon Indisch meisje’* (verfilmd en op toneel gebracht), waarop deze nieuwe roman 'Haar goede hand' het langverwachte vervolg is. Ze modelleerde Melanie eerlijk, maar vol respect naar haar eigen moeder. Het is een prachtige, boeiende, openhartige roman geworden, geschreven in een heldere stijl, die erom vraagt om ook ‘Geen gewoon Indisch meisje’ te (her)lezen. Een aanrader..
Eigenschappen "Haar goede hand"
Auteur: Marion Bloem
Onderwerp: Moeder-dochter relatie
Aantal pagina's: 282
Jaar van uitgave: 2016

0 van 0 beoordelingen

Geef een beoordeling

Deel jouw ervaringen met andere leesclubs.


Vergelijkbare boeken

Meisjes uit het dorp
Een lijvige (528 blz.) roman van Marion Bloem over Indisch zijn, familietrauma’s en vriendschap. Tegen het decor van haar dorp in de jaren vijftig en zestig herinnert de zeventigjarige Ramona zich haar puberteit, jonge hartstocht, en de onverwerkte trauma’s van haar ouders. Haar oudere zus wist zich voortdurend te omringen met vriendinnen, zelf had ze pen en papier als toevlucht. Ramona schrijft over zusjesliefde en meisjesvriendschap in de tijd waarin een tv bijzonder was, de anticonceptiepil nog niet beschikbaar, maar flowerpower al wel geproefd. Een periode waarin haar ouders zich soms afvroegen of de vlucht naar Nederland wel de juiste keuze was geweest.‘Meisjes uit het dorp’ is invoelend en op heldere toon geschreven. Met door de auteur getekende plattegronden en illustraties in zwart-wit. Geschikt voor een breed tot literair lezerspubliek.Marion Bloem (Arnhem, 1952) is een bekende schrijver, filmmaker en beeldend kunstenaar. Ze werd bekend met de roman ‘Geen gewoon Indisch meisje’. In 2022 won ze de Constantijn Huygens-prijs voor haar gehele oeuvre.
Aquarium
De twaalfjarige Caitlin woont samen met haar moeder, die haar geld verdient als havenarbeider, in een klein huis vlak bij het vliegveld van Seattle. Iedere dag bezoekt ze na school het lokale aquarium, terwijl ze wacht tot haar moeder haar ophaalt. Daar ontmoet ze een oude man, die haar liefde voor de vissen lijkt te delen. Doordat hun vriendschappelijke band steeds sterker wordt, komt een duister familiegeheim aan de oppervlakte en dreigt de onvoorwaardelijke liefde tussen Caitlin en haar moeder gevaar te lopen. In elegant en kristalhelder proza volgt de lezer een moedig meisje wier verlangen naar liefde en vergiffenis de beschadigde mensen om haar heen weet te transformeren. Aquarium is een hartverscheurende, maar ook hoopgevende en onvergetelijke roman.
De experimenten
Charlie gaat zeer tegen haar zin haar stiefmoeder Alma verzorgen, die 96 jaar is en op sterven ligt. Ze heeft haar vijftig jaar niet gezien: ze was van huis weggelopen omdat ze het leven met haar stiefmoeder niet meer kon volhouden: de kleineringen, de dwang en de alles verstikkende liefde werden haar te veel. In de intimiteit van het noodgedwongen samenzijn vertelt Alma voor de eerste keer van de gruwelen die zij heeft ondergaan in concentratiekamp Auschwitz in de Tweede Wereldoorlog. Dit werpt een ander licht op de relatie dader-slachtoffer: Charlie leert begrijpen vanuit welke motieven haar stiefmoeder vroeger gehandeld heeft bij haar opvoeding. Ze wordt hierbij geholpen door haar dochter Sofia die als therapeut probeert te bemiddelen. Een hoofdstuk uit het heden wordt steeds afgewisseld met het verleden, waarin beurtelings zowel de jeugdjaren van Charlie als het verleden van Alma verteld worden. Het einde blijft open: het is aan de lezer om te bepalen hoe het verder gaat. Een goed geschreven roman in eenvoudige taal; de lezer moet zich echter wapenen tegen de Auschwitz-ervaringen.
Zeevonk
Nieuw-Zeeland, 1967. In de havenstad Wellington scheept de jonge Freya samen met haar man Herman en hun zoontje Volkert in op de Achille Lauro. Herman hoopt dat Freya eenmaal terug in Nederland haar minnaar - een kiwi - snel zal vergeten. Maar tijdens de reis, die door de dreigende sluiting van het Suezkanaal bijna in een drama eindigt, beseft Herman dat hij zijn vrouw voorgoed kwijt is. Hij besluit samen met zijn zoontje terug te keren naar Nieuw-Zeeland. Het samenzijn met haar minnaar brengt Freya niet het leven waarop ze gehoopt heeft. Als de relatie stukloopt verlangt zij terug naar het Grote Blauwe Schip waarop zij de laatste uren met haar zoontje heeft doorgebracht. Het schip brengt haar dichter bij haar herinneringen aan haar jeugd, aan het jappenkamp waar ze met haar moeder geïnterneerd was en aan haar vader, die zich pas zes jaar na de overgave van Nederland aan Japan weer bij hen voegde. Reis na reis wordt duidelijker waarom het Freya niet is gelukt het grootse en meeslepende leven te leiden waarvan ze in haar jeugd droomde.
Mevrouw mijn moeder
In deze roman beschrijft Yvonne Keuls (1931) haar Indische afkomst, de repatriëring naar Nederland en de aanpassingsproblemen hier. Maar vooral is het een beschrijving van haar moeder. Deze vrouw, zeer koppig, maar ook fantasierijk, vertelt de mooiste verhalen over Indonesië, haar afkomst en al of niet verzonnen familiebelevenissen. Maar ook aan het vasthouden aan gewoontes en normen van Indië wordt aandacht geschonken. De schrijfster vertelt met heel veel humor, maar ook vol liefde over haar verhouding met haar moeder. Ook de langzame aftakeling van haar moeder wordt door de schrijfster op een ontroerende manier verhaald. De verhalen van en over haar moeder zijn juweeltjes van vertelkunst.