Het gordijn

Productinformatie "Het gordijn"
Om zijn Iraanse moeder nog één keer te zien, reist de in Nederland in ballingschap levende Abdolah met zijn vrouw naar het voor hem veilige Dubai. Daar treft hij zijn zus, met wie hij nooit gesproken heeft over de tijd dat ze door het regime gevangen was gezet, en zijn moeder, die dementerend is. De kunstenaar in Abdolah besluit mee te gaan in de ‘fictieve wereld’ die zijn moeder regelmatig betreedt en haar niet te corrigeren. Uiteindelijk realiseert hij haar grootste wens (met hem naar Mekka te gaan) door haar mee te nemen naar de grote moskee in Abu Dhabi. In het verhaal van hun ontmoeting speelt ook Abdolahs fascinatie voor het kunstmatige (fictionele) Dubai een rol. Daarnaast raakt hij gecharmeerd van de steeds opduikende gastvrouw Nastaran die mogelijk een van de buitenlandse agenten van het Iraanse regime is. Fictie en non-fictie lopen op diverse manieren door elkaar en dat is het meest intrigerende aspect van dit niet van een genreaanduiding voorziene, zeer persoonlijke boek. Abdolahs stijl is er nog steeds niet een voor fijnproevers, maar is minder exotisch dan eerder het geval was.
Eigenschappen "Het gordijn"
Auteur: Kader Abdolah
Onderwerp: Dementie, Moeder-zoon relatie
Aantal pagina's: 160
Jaar van uitgave: 2017

0 van 0 beoordelingen

Geef een beoordeling

Deel jouw ervaringen met andere leesclubs.


Vergelijkbare boeken

Na Mattias
Na een roman over een zelfmoord (‘Een uur en achttien minuten’*, 2011) en een over een psychose (‘De eerste maandag van de maand’**, 2014) nu opnieuw een boek van de auteur (1983; muziekkenner en redacteur bij NRC) waarin een noodlottige gebeurtenis een cruciale rol speelt: de verdwijning en dood van de jonge Mattias, die samenwoonde met Amber, bij een boekingskantoor werkte en muziekgroepen begeleidde. In negen hoofdstukken treden tien personages op – met hun eigen wel en wee – die op een of andere manier iets – soms veel, soms bijna niets – met Mattias te maken hebben of hadden. Hun verhalen zijn met elkaar verbonden door terugkerende personages, liefhebberijen, thematiek en/of relaties. Het resultaat is een netwerk van verhalen rond de titelfiguur, geschreven in een directe, vlotte, gevarieerde en licht ironische stijl. Vooral de hoofdstukken ‘Riet en Hendrik’ (Mattias’ grootouders), ‘Nathan’ en ‘Kristianne’ (Mattias’ moeder) zijn uitschieters, evenals het slothoofdstuk ‘Amber’, waarin duidelijk wordt hoe Mattias aan zijn einde is gekomen. Fraai uitgegeven met voorin een foto van de auteur en achterin een ‘playlist’ die aansluit bij de hoofdstukken.
Woorden schieten tekort
Naar aanleiding van de dood van haar vader die aan de ziekte van Alzheimer leed, schreef Nicci Gerrard dit boek. Ook haar schuldgevoel speelde daarbij een rol. Tijdens de ziekteperiode van haar vader had zij te weinig aandacht voor hem. Een zeer rijk boek waarin alle mogelijke aspecten van de ziekte, de diverse stadia en alle mogelijke consequenties en gevoelens naar voren komen. Ook aan de orde komen de naasten, de artsen en de wetenschap, kunstenaars en schrijvers, die een of andere rol spelen met betrekking tot de zieke. Het gaat over het verlies van geheugen, verlies van status – wat betekent dat? Het gaat over de ontkenning, over maskering. Vooral ook over het verlies van jezelf, het verlies van het contact met partners en kinderen en vice versa. Het boek bevat eindeloos veel voorbeelden met ieder weer de eigen emoties. In vele opzichten zal het verhaal zeer herkenbaar zijn voor mensen die op enigerlei wijze met dementie te maken hebben. Met een uitgebreide bronvermelding in eindnoten en een literatuurlijst. Nicci Gerrard is een bekende schrijfster van onder meer thrillers, die zij samen met haar man schrijft onder het pseudoniem Nicci French.
Magdalena
De moeder (gestorven in 2012) van Maarten ’t Hart (1944) groeide op in Maasland in een streng gereformeerd gezin, trouwde met de streng gereformeerde grafdelver ’t Hart en hertrouwde met haar jeugdliefde. Het strenge geloof (alles is zondig), haar wantrouwen, haar angsten, haar jaloezie, koppigheid, haar afkeer van veranderingen (’geen denken aan’, was haar adagium) bepaalden haar levensgang. Ze werd beheerst door de vermeende ontrouw van haar echtgenoten. Ondanks haar kuren had Maarten ‘t Hart een sterke band met haar. In gesprekken bespreekt hij met haar geloofszaken en (de eigenaardigheden van) haar gezins- en familieleden, die soms een komisch effect hebben. Hij stelt zijn redelijkheid (en ongeloof) tegenover de godsdienstwaan en paranoia voor van alles en nog wat van zijn moeder. ‘t Hart geeft in een gevarieerde stijl in brieven, dialogen, jeugdherinneringen een intrigerend en respectvol beeld van zijn moeder. Hij tekent genadeloos het streng christelijke milieu waaruit de hij stamt en is in deze roman de boeiende chroniqueur van deze voorbije wereld.
Het pad van de gele slippers
De schrijver krijgt van Sultan, een bevriende landgenoot, een manuscript met de opdracht er een boek van te maken. Het verhaal begint sprookjesachtig als de vertelling Duizend-en-één-nacht. Sultan groeit op in een kasteel. Lieflijke momenten en gebeurtenissen worden afgewisseld met anekdotes vol bijgeloof. Als Sultan ouder wordt, gaat hij naar Teheran en wordt filmregisseur. Hij komt in contact met rebellen en helpt hen de koningin te ontvoeren. Het verhaal begint op een thriller te lijken. Sultan komt in de cel terecht. Bij de uitbraak van de revolutie wordt hij bevrijd door de menigte. De ayatollah komt aan de macht. Sultan filmt voor de geest van het vaderland, alles en overal, ook tijdens de oorlog. Weer wordt hij gevraagd door rebellen, weer helpt hij hen de leider van Iran van de troon te stoten. Sultan vlucht naar Nederland en wordt door Iraanse organisaties wereldwijd uitgenodigd. Hij is dé revolutionaire regisseur. Door zijn films kunnen gevluchte Iraniërs zich hun vaderland herinneren. Geromantiseerd levensverhaal van de Iraanse regisseur Saeed Soltanpour. Een vertelling vol aandacht voor het kleine en eenvoudige, waarin de harde realiteit soms keihard toeslaat en soms verpakt zit in details.
Margje
Evenals in  ‘Knielen op een bed violen’ keert Siebelink terug naar het gezin Sievez en hun kwekerij in Velp. Dit keer staat niet de vader centraal, die in de ban raakt van een streng-christelijke groepering, maar zijn vrouw (de titelfiguur) en hun beider zonen. Tijdens een oudejaarsnacht waarin hij vergeefs wacht op zijn broer Thomas, denkt de inmiddels 73-jarige oudste zoon Ruben terug aan hoe hij voor zijn moeder het leven draaglijk probeerde te maken, verlangend naar haar liefde, terwijl zij meer gaf om zijn jongere broer. Deze op zijn beurt verlangde naar de erkenning van zijn vader die liever een dochter had gehad. In korte hoofdstukken schrijft Siebelink vooral sfeervolle scènes over het  verlangen en teleurstelling bij zowel zoons als moeder.
Voetstappen (Eenvoudig Lezen)
Deel uit de nieuwe serie 'Leeslicht', verhalen voor volwassenen die moeite hebben met lezen van bekende auteurs in gewone taal en eenvoudige bewoordingen. Twee ik-verhalen en een verhaal vanuit het perspectief van een jonge vrouw, geselecteerd uit verschillende bundels en hertaald voor deze uitgave. In de twee (autobiografische) ik-verhalen komen bij een Iraanse vluchteling door een ontmoeting met een jonge vrouw herinneringen aan zijn leven in Iran naar boven. In het derde verhaal wordt een jonge, getrouwde Nederlandse vrouw verliefd op een vluchteling, van wie zij na een korte relatie een kind krijgt. Zij kan de man niet uit haar hoofd zetten, waardoor haar huwelijk in de problemen komt. Poëtische verhalen waarin het verwerken van verdriet en angst mogelijk wordt door levenskunst, waarnemen en het heden beleven op een positieve wijze. Dit komt ook in deze vereenvoudige vorm goed naar voren, maar maakt de verhalen vooral geschikt voor lezers die deze benadering kunnen waarderen. Elke zin begint op een nieuwe regel, duidelijke tekstblokken, normale schreefloze letter, foto-omslag.
Ik kom terug
Het gevecht om een kist tussen moeder en zoon in de openingsscène is tekenend voor wat volgt. Deze kist is de metafoor voor wat de zoon wil weten en de moeder niet kwijt wil. De eerste en laatste zin van het boek tekent hun beider leven: ’We stonden tegenover elkaar, mijn moeder en ik’, culminerend in de kernzin: ’Jij een verhaal, ik een pil’ (76). Met het notitieblok in de hand reist Van Dis in de maanden voor haar overlijden met zijn moeder door Nederland naar bekende plekken en onbekende familieleden. Zo ontfutselt hij haar de verhalen over haar familie, haar echtgenoten, haar ervaringen in de beide wereldoorlogen, herinneringen die zij altijd voor hem verborgen heeft gehouden. Als reactie op haar ervaringen vlucht zij in de esoterie. Afstoten en aantrekken, maar ook afstand nemen en afstandelijkheid bepalen hun relatie. Verantwoordelijkheidsgevoel en respect winnen het uiteindelijk. Een sterke, afwerende, zwijgzame moeder tegenover een gevoelig en hunkerend kind dat zich altijd een buitenstaander voelde. Een mooie samensmelting van autobiografie en memoires.